Actuarissen zijn ruwweg in drie groepen te verdelen: levenactuarissen, pensioenactuarissen en schade-actuarissen. Hoewel ze vaak dezelfde opleiding hebben gevolgd, is het werk van de leven- en pensioenactuaris duidelijk anders dan dat van de schade-actuaris. Schade-actuarissen richten zich voornamelijk op de korte termijn, terwijl de andere actuarissen meer naar de lange termijn kijken. Schade na een brand moet zo snel mogelijk uitgekeerd worden, terwijl een pensioenuitkering jaren kan duren.
Het werkgebied van de leven- en pensioenactuarissen
Het werk van levenactuarissen en pensioenactuarissen lijkt erg op elkaar. Het onderscheid zit in de klanten: levenactuarissen houden zich bezig met verzekeringen voor individuele personen. Pensioenactuarissen zich richten daarentegen op collectieve contracten. Deze collectieve contracten, en dus ook de pensioenactuarissen, zijn te vinden bij pensioenfondsen en pensioenverzekeraars. Individuele klanten kunnen bijvoorbeeld mensen zijn die als zelfstandige werken en daarom ook zelf hun pensioen moeten regelen, maar ook mensen die een levensverzekering willen afsluiten. Levenactuarissen werken dan ook voornamelijk bij verzekeraars. In het vervolg wordt met de term ‘actuaris’ de leven- of pensioenactuaris bedoeld.
Vaststellen van de tarieven van pensioen en levensverzekering
Levensverwachting
Een belangrijke taak van de actuaris is het vaststellen van de premies die de klanten moeten gaan betalen. Deze premies kunnen van veel dingen afhankelijk zijn. Een belangrijke factor is de verwachte levensduur van de persoon die de uitkering van het pensioen of de levensverzekering gaat ontvangen. De levensverwachting is het aantal jaren dat iemand van een bepaalde leeftijd naar verwachting nog blijft leven. Iemand die erg oud wordt, zal nog lang pensioenuitkeringen ontvangen. Iemand die niet erg gezond is, zal niet lang pensioen ontvangen. Als deze persoon echter een verzekering heeft afgesloten die uitkeert bij overlijden voor zijn 65e verjaardag, dan is de kans groot dat de uitkering daadwerkelijk plaatsvindt.
Doorsneepremie
Vaak wordt de premie onafhankelijk van leeftijd en geslacht vastgesteld en betaalt iedereen een zogenaamde doorsneepremie. Deze premie is dan zodanig vastgesteld dat de groep als geheel voldoende premie betaalt en niet ieder individu voor zich. Dit komt voor bij collectieve contracten, niet bij individuele verzekeringen.
Collectieve contracten
Voor collectieve pensioencontracten maakt de verzekeraar eerst een offerte op maat. Op basis daarvan kan de klant, bijvoorbeeld een werkgever die het pensioen voor zijn medewerkers wil regelen, beslissen of hij met de verzekeraar in zee wil gaan. Bij het maken van deze offertes zijn actuarissen betrokken. Zij berekenen hoeveel premie nodig is en hoe winstgevend het contract voor de verzekeraar zal zijn. Een verzekeraar zal een minimaal rendement op een contract willen behalen. Om klanten van concurrenten weg te vangen zullen ze hierbij soms concessies moeten doen. Dit speelt vooral bij verzekeraars en niet bij pensioenfondsen. De klantenkring van een pensioenfonds bestaat uit een aantal bedrijven die verplicht zijn zich bij dat pensioenfonds aan te sluiten, tenzij ze kunnen aantonen dat ze aan bepaalde voorwaarden voldoen. Dan mogen ze ook een contract afsluiten met een verzekeraar.
Productontwikkeling
Actuarissen zijn ook betrokken bij de ontwikkeling van nieuwe producten. De markt voor levensverzekeringen is op het moment erg in beweging. Verzekeraars zijn negatief in het nieuws geweest door de woekerpolisaffaire. Daarom moeten zij hun best doen met nieuwe producten te komen. Daarmee hopen ze het vertrouwen van de klanten terug te kunnen winnen. Het is de taak van de actuarissen goed door te rekenen wat een klant van zo’n product kan verwachten en wat de verzekeraar er aan kan verdienen.
Reserveren
Op het moment dat iemand met pensioen gaat, moet de verzekeraar of het pensioenfonds voldoende geld in kas hebben om de maandelijkse uitkering te kunnen voldoen. Het is de taak van de actuaris om te bepalen hoeveel geld voor elke klant nodig is. Hij houdt daarbij rekening met de leeftijd en het geslacht van de klant. Deze factoren zijn van invloed op de verwachte levensduur en dus de verwachte periode waarin uitkeringen gedaan moeten worden. Verder houdt hij rekening met een verwachte groei van het beschikbare kapitaal doordat de ingelegde premies beleggingswinst behalen.
De actuaris kijkt bij het bepalen van het te reserveren bedrag niet alleen naar ervaringen uit het verleden, maar hij probeert ook de toekomst te voorspellen. De levensverwachting is al jaren aan het stijgen, maar de vraag is of dit ook zo blijft. Als de levensverwachting sneller gaat stijgen of juist gaat afnemen, heeft dit invloed op het te reserveren bedrag.
Rapporteren
Om te garanderen dat verzekeraars aan hun betalingsverplichtingen kunnen voldoen, moeten zij aan een aantal eisen van De Nederlandsche Bank voldoen. Zo zijn er bepaalde regels om te bepalen hoeveel kapitaal een verzekeraar moet aanhouden om er zeker van te zijn dat ze voldoende hebben. Actuarissen spelen een belangrijke rol bij het rapporteren van de benodigde gegevens aan DNB. Ook Europa legt richtlijnen op waarvoor de actuaris berekeningen moet uitvoeren (Solvency II). Daarnaast rapporteren actuarissen natuurlijk ook aan de directie van het eigen bedrijf.
Alle artikelen in deze categorie: